Forum Romanum
Foro Romano
Oorspronkelijk betrof het Forum Romanum een drassig dal waar enkele kleine heiligdommen stonden en doden werden begraven. Door het dal liep de Via Sacra (heilige weg). Religieuze processies en triomftochten trokken over deze weg. Na de drooglegging volgde een intensieve exploitatie. De centrale ligging tussen verschillende woonkernen droeg hieraan bij. Volgens geschiedschrijvers werd het moerassige terrein drooggelegd in de tijd van Tarquinius I. Laatst genoemde behoort tot de vroege koningen. Volgens overleveringen regeerden zij tussen 753 en 510 voor Christus Rome.
Toen Rome een republiek werd ontwikkelde het Forum Romanum zich tot het politieke, juridische, religieuze en commerciële centrum van het imperium. Verschillende keizers lieten het Forum uitbreiden met mooie en indrukwekkende bouwwerken. Rond de tweede eeuw na Christus nam het belang van het Forum geleidelijk aan af. Het politieke machtscentrum verschoof naar de keizerlijke paleizen op het Palatijn en de handel naar de markt van Trajanus. In de vierde eeuw had het Forum geen officiële status meer. Vanaf de zevende eeuw raakte deze locatie in verval. Hernieuwde belangstelling ontstond bij aanvang van de renaissance. Dit ging gepaard met een uitbuiting van de antieke monumenten. Zowel het puin als het bouwmateriaal werden herbruikt voor bouwprojecten.
Aan het einde van de zeventiende eeuw vond een mentaliteitsverandering plaats dankzij archeologische belangstelling. Opgravingen met wetenschappelijk onderzoek als doel volgden vanaf het einde van de achttiende eeuw. De Boog van Septimius Severus en de zuilen van de Tempel van Saturnus zijn toen blootgelegd. Het systematisch blootleggen van de ruines begon eind negentiende eeuw en is nog steeds niet voltooid.
Forum Romanum met in het midden zuilen van de tempel van Vespasianus en Titus.
Met naslagwerk en inbeeldingsvermogen is het mogelijk een vage voorstelling te maken van het Forum in haar glorietijd. Door de grote hoeveelheid vervallen tempels, triomfbogen en basilica’s uit verschillende perioden blijft dat een moeilijke opgave. Systematisch werken of beperken tot hoogtepunten kan dit proces vereenvoudigen.
Tot de belangrijkste ruines behoort de bijna geheel vervallen Basilica Aemilia, gelegen aan het begin van het Forum. Plinius heeft deze enorme zuilenhal vermeld als één van de grootste wonderen ter wereld. De rechthoekige hal uit 179 voor Christus is meerdere malen grondig gerestaureerd. Het is gebruikt als rechtbank en financiële markt door belastinggaarders, zakenmensen en geldschieters. Op de veelkleurige marmeren vloer zijn restanten van zuilen te zien en spetters brons (groene vlekken). Het brons herinnert aan de inval van de Visigoten in 410 na Christus. Munten zijn toen omgesmolten waarbij de basilica in brand vloog.
Naast de Basilica Aemilia ligt Curia, één van de best bewaarde gebouwen op het Forum. De voormalige vergaderzaal van de senaat stamt uit de eerste eeuw voor Christus. De Curia is echter herbouwd na de brand van 283 en gerestaureerd in 1937. In het bakstenen gebouw zijn twee grote travertijnen bas-reliëfs ondergebracht, de Plutei van Trajanus. Deze reliëfpanelen hebben de nabijgelegen Rostra versierd, het openbare podium. Ze zijn gemaakt in de tijd van Trajanus of Hadrianus. Op één van de panelen scheldt de keizer de belastingsschulden van de burgers kwijt door de lijsten met onbetaalde belastingen te laten vernietigen.
Het Forum met aan de linkerkant de Boog van Septimius Severus
Tot de best bewaard gebleven monumenten van het Forum behoort de Boog van Septimius Severus. Deze rijkelijk gedecoreerde triomfboog is gebouwd in 203 na Christus ter ere van het tienjarige ambtsjubileum van keizer Severus. De kolosale ereboog heeft een hoogte van 20.88 meter en een breedte van 23.27 meter. De militaire overwinningen van de keizer en zijn twee zonen, Garacalla en Geta, zijn weergegeven op grote marmerreliëfs. Garacalla vermoorde Geta en liet de verwijzingen naar zijn broer van de poort verwijderen. Oorspronkelijk werd het monument bekroond door een bronzen vierspan met beelden van de twee keizers.
Het Huis van de Vestaalse Maagden (Atrium Vestae) heeft onderdak geboden aan de priesteressen van de ernaast gelegen Tempel van Vesta. De Vestaalse Maagden onderhielden de heilige vlam, het vuur dat het voortbestaan van de staat Rome zou waarborgen. De tempel en de woning zijn herbouwd onder Septimius Severus (193-211). De circa 50 kamers van het Huis van de Vestaalse Maagden hebben rond een binnenplaats gelegen. Op de binnenplaats zijn enkele oorspronkelijke waterbassins te bewonderen en beelden van de belangrijkste Vestaalse maagden uit de derde en vierde eeuw.
De Basilica van Constantijn en Maxentius (Basilica di Massenzio) is eveneens een indrukwekkend overblijfsel. De bouw is gestart onder Maxentius tussen 306 en 310. De voltooiing heeft plaats gevonden nadat Constantijn zijn voorganger heeft verslagen in 312. Een zijbeuk met drie gigantische van cassetten voorziene gewelven is intact gebleven. Aanvankelijk zijn de gewelven en delen van de muren met marmer bekleed en de nissen van de binnenmuren van beelden voorzien. Boven de basilica van maar liefst 6500 vierkante meter heeft een dak met vergulde dakpannen geschitterd.
![]() |
||