San Clemente
De San Clemente is gebouwd in de twaalfde eeuw bovenop een kerk uit de vierde eeuw. Onder de vroegchristelijke kerk bevinden zich Romeinse restanten, waaronder een Mithrastempel. Dankzij deze drie bouwlagen uit verschillende perioden is het mogelijk om op een bijzondere wijze erfenissen uit verschillende perioden te bezichtigen. Afdalen in de San Clemente lijkt daarom op reizen door de geschiedenis.
Zowel de vroegchristelijke kerk als de middeleeuwse kerk is gewijd aan de vierde paus, de heilige Clemens. Hij is volgens de legende na Krim verbannen en gestorven doordat hij vastgebonden aan een anker in de Zwarte Zee is geworpen. Fresco’s in de onder- en boven-kerk brengen zijn legendarische leven in beeld.
De San Clemente is volledig herbouwd in de eerste helft van de twaalfde eeuw. Aan het einde van de elfde eeuw en de eerste decennia’s van de twaalfde eeuw is het in Italië, en vooral in Rome, de gewoonte om vroegchristelijke plattegronden en decoraties nieuw leven in te blazen. De gelijkenissen tussen de vroegchristelijke San Clemente en de middeleeuwse opvolger zijn zo groot dat daardoor is gedacht dat de bovenkerk uit de vierde eeuw stamt.
De inrichting van het kerkinterieur is eveneens beïnvloed door de benedenkerk. Grote delen van de zesde-eeuwse kooromsluiting en twee preekstoelen zijn daarvan afkomstig. Het twaalfde-eeuwse apsismozaïek wordt beschouwd als een kopie naar het origineel uit de benedenkerk. De Triomf van het Kruis is erop afgebeeld. De zuilen zijn afkomstig uit de vroegchristelijke kerk en antieke gebouwen.
Cosmatenwerk van de vloer en de kooromsluiting, San Clemente
De bovenkerk is versierd met schitterend Cosmaten-werk op de vloer, de lezenaars van het priesterkoor, de kooromsluiting en de paaskandelaars. In de linker zijbeukkapel, Cappella di S. Catarina, zijn bijzonder mooie fresco’s uit de vroege renaissance te zien. De Florentijn Masolino da Panicale is de schilder. Kenmerkend voor de Florentijnse stijl van de vroege renaissance is de centraal–perspectivische ruimteopvatting en de wijze waarop de verhalen zijn verbeeld. Onderwerpen zijn het leven van Catharina van Alexandrië, het leven van de Heilige Ambrosius en een kruisiging.
De middeleeuwse kerk heeft enkele stijlveranderingen ondergaan. Tussen 1713 en 1719 is het bovendeel van het interieur en het plafond door Carlo Fontana in de stijl van de late barok vormgegeven. Voor de S. Clemente ligt een plein dat aan drie zijden wordt omsloten door een porticus met antieke zuilen.
Het apsismozaïek van de San Clemente
De in 1857 herontdekte kerk uit het einde van de vierde eeuw is in 1084 vernield door Noormannen. Voorafgaand aan de bouw van de bovenkerk zijn de zuilenrijen van de onderkerk met metselwerk opgevuld en is de ruimte volgestort om een stevig fundament te krijgen. Tijdens opgravingen in 1862 moesten extra muren worden opgetrokken.
De onderkerk is uitgerust met romaanse fresco’s uit de achtste tot de elfde eeuw. De fresco’s in de voorhal zijn opmerkelijk. Ze zijn in de elfde eeuw geschilderd in opdracht van de familie Rapiza. Zowel het gezin als de Heilige Clemens zijn afgebeeld in een tondo. In het middenschip en het rechterschip zijn onder meer fresco’s uit de negende eeuw te zien.
Onder de vroegchristelijke kerk bevinden zich ruimten uit de oudheid. Het betreft een Romeins woonhuis uit de eerste eeuw, gebouwen die door de stadsbrand van 64 na Christus zijn verwoest en een Mithrastempel. Eveneens zijn muurgraven uit de vijfde of zesde eeuw ontdekt.
De goed behouden en volledig blootgelegde Mithrastempel stamt uit het eind van de tweede of het begin van de derde eeuw na Christus. De verering van Mithras is in de eerste eeuw voor Christus uit Perzië over gekomen. De sterrenhemel heeft een grote rol gespeeld in deze astrale religie. Alleen mannen hebben deelgenomen aan de door geheimen omgeven erediensten. In een zaal voor rituele maaltijden, het triclinium, staat het altaar. Dit type altaar wordt tauroktonie genoemd. Het is voorzien van een reliëf waarop Mithras een stier dood. Dit is het centrale religieuze motief in de Mithrascultus. Zoals gewoonlijk vindt het doden van de oerstier plaats in het gezelschap van een hond, een leeuw, een slang, een raaf, een schorpioen en een kelk. Het langwerpige vertrek waarin het altaar staat is van een tongewelf voorzien. Stenen banken staan tegen de lange zijden. In de aangrenzende ruimte zijn waarschijnlijk instructies gegeven voor de inwijding. Totdat Constantijn het christendom tot staatsgodsdienst verheft is de Mithrascultus een grote concurrent van het uiteindelijk dominerende christendom.
![]() |
||